Bedelaars in Leuven
“Die mensen verdienen respect”
Je ziet ze vaak in Leuven, meestal op een vaste plaats en met een plastieken bekertje voor zich: bedelaars. We zien hen en lopen er langs zonder er bij na te denken, maar waar komen ze eigenlijk vandaan? Hoe komen ze daar terecht? En vooral: waarom werken ze niet?
door Anna De Smet en Jelena Van Meerbeek
De meeste mensen die in Leuven zitten te bedelen, zijn Roma uit Roemenië. En die Roma zijn ook dieven, zegt de politie. “We kunnen ze moeilijk pakken omdat ze in bendes werken. De gestolen spullen worden doorgegeven en daarom is het voor ons bijna onmogelijk hen te arresteren.”
De politie vraagt de bedelaars vaak wel naar papieren, maar eigenlijk doen ze niets verkeerd. “Bedelen is legaal. Je hebt er zelfs geen vergunning voor nodig.”
De Leuvense Roma, die wonen in caravans in de Dijledreef ,hebben strikte regels. Een van die regels is : niet praten. ‘Je suis Romanie’ is voor hen voldoende verklaring als je ze aanspreekt op straat. Wat er met het bedelgeld gebeurt is dan ook niet helemaal duidelijk. Het zou naar een zogenaamde ‘clanleider’ gaan, maar daar bestaat geen zekerheid over.
Ook bij organisaties voor kansarmen en daklozen weet men niet zoveel over bedelaars. Dit is in de eerste plaats omdat ze de privacy van de daklozen willen beschermen. Bij het OCMW kan je alleen terecht als je papieren hebt en dat is bij vele bedelaars niet het geval. In de grootkeuken van de Gasthuisberg is er gratis eten beschikbaar voor daklozen. Dan zijn er nog verenigingen als ‘Leren Ondernemen’ en ‘Poverello’. ‘Leren Ondernemen’ is een vzw van en voor mensen in armoede. Hun doel is in alle solidariteit armoede de wereld uit te helpen. In hun thuisbasis in de Glasblazerijstraat runnen ze een restaurant, een solidaire winkel, een kinder-en jongerenwerking,… Iedereen is welkom en er wordt niet naar achtergrond gevraagd, dus hebben ze er geen idee van of er bedelaars in hun restaurant komen eten. Ook bij vzw ‘Poverello’ kunnen mensen die het financieel moeilijk hebben terecht voor goedkoop eten. Jef Martens van ‘Poverello’: “Een 5O', 6O-tal van die mensen komen bij ons eten en krijgen een volledige maaltijd voor een euro. Van tien tot vijftien uur mogen ze in onze zaal zitten en krijgen koffie en frisdrank voor twintig cent. Die mensen verdienen respect, vaak meer dan mensen die 'het gemaakt hebben' en over alles een 'ervaren mening' hebben.”
De meeste bedelaars zijn Roma, maar er zijn ook uitzonderingen.
In een deuropening in de Brusselsestraat zit een kleine, oude man met een kartonnen beker in de hand. Hij is bereid ons over zijn leven te vertellen. Jef* is afkomstig uit Bergen, waar hij zijn hele leven als mecanicien werkte tot hij artritis kreeg aan zijn rechterbeen en rug. Hij is nu 72 jaar en moet leven van een pensioen van 860 euro per maand. Volgens hem krijgen mensen met een uitkering van het OCMW meer. Omdat hij van die 860 euro niet kan leven, pendelt hij elke dag naar Leuven om te bedelen- in Bergen is er te veel concurrentie. Gemiddeld verdient hij zo driehonderd euro extra per maand.
Dankzij de hulp van organisaties als ‘Poverello’ en ‘Leren Ondernemen’ kunnen bedelaars overleven. Bedelen is vernederend maar zolang voorbijgangers geld geven, zullen mensen het altijd blijven doen.
EN U?
Wij gingen de straat op voor de reacties van enkele willekeurige voorbijgangers. “Ze storen me niet,” zegt Leonie, een vrouw van rond de zestig die met haar kleindochter door Leuven wandelt. “Ik kijk er eigenlijk een beetje over heen. Ik geef wel nooit geld aan hen.”Dat doet Tara, een modieuze vrouw van rond de dertig, wel. “Ik geef soms wel geld, ja. Maar dat wil niet zeggen dat ik het goed vind dat ze daar zitten, ze verstoren het straatbeeld wel.”Bij de jeugd zit het nog anders. Jonas vindt hen ook storen, hij geeft nooit geld aan hen want “ze moeten zelf maar werk gaan zoeken.”
* Dit is een pseudoniem. Jef wenst anoniem te blijven.
héél intressant !!
BeantwoordenVerwijderen